Eind deze maand is het precies 21 jaar geleden dat ik moeder werd van onze prachtige zoon. Na een heerlijke zwangerschap was de bevalling er alleen niet bepaald een uit het boekje. Of het moet een thriller zijn geweest. Wat had ik in die tijd graag geweten wat ik nu weet. En wat zou het fijn zijn geweest als ik had kunnen terugvallen op een Doula of andere wijze vrouw.
Mijn eigen geboorte had ook wat voeten in de aarde. Mijn moeder was 42 en was op doktersadvies zwanger van mij geraakt. Dat klinkt merkwaardig, want zeker in die tijd, bijna 57 jaar geleden, waren oudere moeders eerder uitzondering dan regel en niet iets wat werd aangemoedigd. Maar dat zat zo: mijn oma was overleden en mijn moeder kon dat verlies maar moeilijk verwerken. Ze hadden samen intense tijden beleefd tijdens de Tweede Wereldoorlog, beide waren zeemansvrouwen en ze hielden elkaar overeind.
Dus zei de ‘zenuwarts’ zoals dat destijds werd genoemd: ‘Dan neem je toch gewoon nog een kind…’. Dat kind was ik. Vanaf dag 1 stond ik systemisch op de plek van mijn oma.
Mijn geboorte ging snel. Zo snel dat de gynaecoloog nog niet in het ziekenhuis was. Vanwege haar leeftijd moest mijn moeder daar bevallen. Mijn moeder heeft het verhaal tot vervelens toe verteld: mijn hoofdje was al zichtbaar, maar de verpleegsters raakten in paniek en hielden mij met doeken tegen. Daar lag mijn moeder met persweeën. Tien minuten, een kwartier. Tot de arts, zoals mijn moeder zei, met wapperende jaspanden binnenkwam rennen en tegen de verpleegsters riep of ze gek waren geworden. Ik was er vervolgens in letterlijk een vloek en een zucht. Te klein en te licht, dus ik mocht meteen de couveuse in, waar ik de volgende zes weken zou verblijven.
Tijdens een opleiding leerde ik later over de levensblauwdruk – de periode van negen maanden voor de conceptie, de zwangerschap en het eerste jaar van de geboorte. Die in totaal dertig maanden zijn vaak bepalend voor patronen die we de rest van ons leven bij ons dragen. Tot we ons er bewust van worden.
Ik zag ineens hoe de tegendruk van die doeken tijdens mijn geboorte terugkwam in de deadlines die ik mezelf opleg in mijn werk. Ik heb die druk lange tijd – en nog steeds wel eens – nodig gehad om te kunnen presteren.
Ik begon ook te zien hoe ik al vanaf de tijd dat ik in mijn moeders baarmoeder zat, voor haar was gaan zorgen. Een logische reflex, want als baby ben je afhankelijk van je ouders om te overleven. Daarom doe je er onbewust alles aan om te ervoor te zorgen dat zij voor jou kunnen zorgen. Daar zit een voordeel aan: je ontwikkelt fantastische voelsprieten voor wat mensen om jou heen nodig hebben. Het nadeel: je bent zo op de buitenwereld gericht dat je veel minder goed voor jezelf zorgt.
Zo waren er nog een paar inzichten. Bijvoorbeeld dat ik tijdens de geboorte van mijn zoon onbewust de bevalling tegenhield. Dat was tenslotte een overlevingsmechanisme én ook nog eens een trauma van mijn moeder dat ik meedroeg.
Ik kan hier nog veel meer over vertellen. En dat doe ik ook, maar niet hier. Waar wel? In het halfjaartraject Ontsluier je vrouwelijke oerkracht, die ik samen met Loes Dams geef. Nieuwsgierig?
Hier lees je er alvast meer over.
Zelf ga ik deze maand eerst nog uitgebreid genieten van de 21e verjaardag van mijn zoon. En op zijn verjaardag eer ik mijn moeder, want het is dezelfde dag waarop zij, nu 11 jaar geleden, overleed. Daarom breng ik die dag een toost uit. Op (voor)moeders, zonen en dochters.
PS: Op de foto zie je mij in de armen van mijn moeder, toen ik eindelijk uit het ziekenhuis naar huis mocht.
Yorumlar